Terug
Gepubliceerd op 09/09/2020

2020_GR_00105 - Opvolgingsrapportering ikv art 263 van het decreet lokaal bestuur - Kennisneming

Gemeenteraad
ma 07/09/2020 - 19:00 raadzaal
Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig

Johan Leysen, voorzitter; Werner Hens, schepen; Mien Vanden Broek, schepen; Wim Wouters, schepen; Bert Kenis, schepen; Zjeen Reynders, schepen; Erik Borgmans, schepen; Geert Mangelschots, gemeenteraadslid; Vincent Kolen, gemeenteraadslid; Lieve Deprins, gemeenteraadslid; Sandra Ruymaekers, gemeenteraadslid; Bert Deckers, gemeenteraadslid; Saartje Hannes, gemeenteraadslid; An Lenaerts, gemeenteraadslid; Ludo Lenaerts, gemeenteraadslid; Evert Mol, gemeenteraadslid; Dieter Mols, gemeenteraadslid; Rony Vaes, gemeenteraadslid; Kelly Van Baelen, gemeenteraadslid; Christophe Vandyck, gemeenteraadslid; Patrick Verbraeken, gemeenteraadslid; Richard Vermeulen, gemeenteraadslid; Jef Convens, gemeenteraadslid; Jan Haepers, gemeenteraadslid; Tom Hollants, gemeenteraadslid; Michel Van Sprengel, algemeen directeur

Afwezig

Els Van Hout, gemeenteraadslid; Koen Willekens, gemeenteraadslid

Secretaris

Michel Van Sprengel, algemeen directeur
2020_GR_00105 - Opvolgingsrapportering ikv art 263 van het decreet lokaal bestuur - Kennisneming 2020_GR_00105 - Opvolgingsrapportering ikv art 263 van het decreet lokaal bestuur - Kennisneming

Motivering

Argumentatie

Gelet op Decreet artikel 263 waarin gesteld wordt dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bepalen wanneer hen een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, wordt voorgelegd.

Gelet op het feit dat de rapportering voor het eerste semester minstens voor het einde van het derde kwartaal dient te gebeuren.

Gelet op de Memorie van toelichting artikel 263. waarin gesteld wordt: In de regeling van het Gemeentedecreet en het OCMW-decreet werden de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn relatief vaak geconfronteerd met bijsturingen van de planning, in de vorm van een budgetwijziging en/of een aanpassing van het meerjarenplan. Die rapportering was gestuurd door de noodzaak om de kredieten (de autorisatie) aan te passen, niet door inhoudelijke wijzigingen, die nochtans vaak veel relevanter zijn voor de raadsleden. In dit ontwerp van decreet wordt de rapportering aan de raad omwille van autorisatie beperkt, door de limitatieve kredieten op een hoog niveau te definiëren. Omdat het echter belangrijk blijft dat de raad de uitvoering van de planning kan opvolgen, wordt de verplichting opgelegd om tussentijds te rapporteren. Die opvolgingsrapportering is niet zozeer gericht op de bewaking van de kredieten, maar wel op de uitvoering van de beleidsdoelstellingen. De raden kunnen zelf bepalen hoe vaak zij die rapportering wensen te krijgen. In dit ontwerp van decreet wordt enkel één minimale rapportering opgelegd, in het begin van de tweede jaarhelft, over de eerste jaarhelft. Uiteraard gaat die rapportering zowel over uitvoering van de beleidsdoelstellingen door de gemeente als door het OCMW. Het ligt dan ook voor de hand dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn dezelfde timing kiezen voor die opvolgingsrapportering.

Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen - art. 29 waarin volgende wordt gesteld:

De opvolgingsrapportering, vermeld in artikel 263 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, bevat minstens al de volgende elementen:
  1° een stand van zaken van de prioritaire acties of actieplannen van het meerjarenplan;
  2° een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar;
  3° in voorkomend geval, de wijzigingen in de assumpties die gekozen werden bij de opmaak van het meerjarenplan of de aanpassing ervan;
  4° in voorkomend geval, de wijzigingen in de financiële risico's.

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering voor semester 1 van het jaar 2020.